Op 16 april 2009 is het convenant ‘Integrale Aanpak Huiselijk Geweld’ ondertekend. Het convenant bevat het uitvoeringsprotocol ‘De Haaglandse Aanpak’, waarin de samenwerkingsafspraken tussen alle partners die betrokken zijn bij huiselijk geweld zijn vastgelegd. In 2009 is de werkwijze van De Haaglandse Aanpak onderzocht door de afdeling Epidemiologie, GGD-Den Haag. Het onderzoek is gedaan om de Haaglandse Aanpak te verstevigen alvorens de werkwijze uit te rollen naar de gehele regio.

De centrale vraag van het onderzoek was: ‘Worden de geplande processen zoals voorgesteld in het uitvoeringsprotocol van ‘De Haaglandse Aanpak’ volgens plan uitgevoerd?’

In 2009 zijn meerdere aspecten van de Haaglandse Aanpak onderzocht:

– Ten eerste is de route zo goed mogelijk in kaart gebracht. Dit wil zeggen dat van iedere casus die bij de politie gemeld is, de route gevolgd is die zowel slachtoffer, kinderen en pleger afleggen vanaf het punt van melding/aangifte. Door het volgen van de route is nagegaan of de protocol afspraken worden nagekomen en is het aantal betrokkenen dat via de Haaglandse Aanpak in de hulpverlening komt, weergegeven.

– Ten tweede zijn de doorlooptijden van de verwijzingen vastgesteld. In het uitvoeringsprotocol worden naast de route ook streeftijden beschreven. Het is bekend dat de motivatie van betrokkenen om hulp te aanvaarden lager ligt als de doorlooptijden langer zijn. Korte doorlooptijden zijn dus van belang.

– Ten derde is bekeken in hoeverre (inhoudelijke) afstemming tussen instanties plaatsvindt. Het oorspronkelijke doel van de Haaglandse Aanpak is dat er systeemgericht wordt gewerkt; Hulpverleners van verschillende instanties maken een gezamenlijk plan ten aanzien van het gezin.

Het onderzoek heeft betrokkenen in het Haaglandse Aanpak traject gevolgd die in maart en april 2009 zijn gemeld bij het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld.

De resultaten van het onderzoek hebben geleid tot veel aandachtspunten. De meest opvallende aandachtspunten

zijn:

– Er komen (te) weinig slachtoffers, kinderen, en plegers aan in de hulpverlening.
– De doorlooptijden zoals afgesproken in het uitvoeringsprotocol wordt voor de pleger en de kinderen niet gehaald.
– Hoewel de systeemgerichte benadering het doel is van de Haaglandse Aanpak, is er te weinig sprake van inhoudelijke afstemming tussen de instanties.

INTERN RAPPORT